STELVIO, Mortirolo, Gavia ...

Als er een beklimming is die iedere wielrenner echt eens gedaan moet hebben dan is het de Stelvio. De Stelvio is 'de col'. Iedereen die de haarspeldbochten die naar de top voeren gezien heeft vergeet dit aanblik nooit meer. Enorm indrukwekkend. Voor de één droom, voor de ander een nachtmerrie. Maar iedereen is eenmaal op de col helemaal gelukkig. Meestal na een lange strijd, want hoe je de col ook op rijdt, snel of langzaam, pijn doet hij altijd! Maar dat is toch wel een beetje wat we zoeken als wielrenners?

Logement: HOTEL LA VAL


De klim begint loom, en meestal erg warm in het dorpje Prato. Weinig steil voor de eerste 5 kilometers. Maar bedenk je wel als deze kilometers in Nederland of België hadden gelegen dat het de beroemdste klim van de lage landen was geweest. Want deze kilometers duiken nergens onder de 5 procent, en de warmte maakt het niet makkelijker. Tot aan de lawinegallerij valt de steilte mee, daarna schiet deze omhoog. Vanaf hier is het een ritme vinden want je bent nog lang niet boven. Er rest je nog een kleine twintig kilometer klimmen.

Het begint meteen goed steil in het bos, afhankelijk van het seizoen biedt het bos beschutting tegen de zon, of houdt het juist die enorme hitte vast. De haarspeldbochten volgen elkaar hier in rap tempo op. Dat moet ook wel, want er moeten er 48 (!) in deze 20 kilometer gestopt worden. Via enkele mooie Zuid-Tiroolse dorpjes (let op het verschil tussen bouwstijl en cultuur hier in vergelijking met de Bormio zijde van de col), rijd je steeds verder omhoog. Her en der langs de weg staan fonteintjes waar je je bidon bij kunt vullen.

In het bos win je al enorm veel hoogte en streep je al heel wat haarspeldbochten af, maar het zwaarste deel, moet nog komen, want dat zijn die laatste beroemde haarspeldbochten. Deze laatste kilometers naar de top zijn namelijk steil, en mentaal erg zwaar. Want met nog ruim zeven kilometer te gaan, bij hotel Sotto Stelvio, zie je de col namelijk al liggen. Je hebt het idee dat deze voor het grijpen ligt. Maar de laatste zeven kilometer zijn bikkelhard, en hoog, dus je moet het met heel wat minder zuurstof doen. Als een zigzag-steek van een naaimachine lopen de bochten naar de beruchte col toe. 

Tja, de Stelvio vanuit Bormio is duidelijk 'de andere' Stelvio. Want iedereen die het onder de Stelvio heeft, heeft het over die beroemde haarspeldbochten aan de zijde van Prato. Opzich logisch want er zijn maar weinig wegen zo indrukwekkend. Maar we doen deze zijde van de Stelvio te kort door het 'slechts' de andere zijde te noemen. Landschappelijk is de klim vanuit Bormio misschien zelfs wel mooier. Denk aan hoge rotswanden indrukwekkende watervallen en felgroene azlpenweides om in het echte hooggergte te eindigen. Kortom zeker geen troostprijs.

Vanuit Bormio is de Stelvio niet te missen, volg de borden of de vele fietsers, motorrijders en oldtimers die de col opgaan. De eerste haarspeldbochten liggen al in het dorpje zelf. Niet al te steil slingert de weg hier omhoog om een indrukwekkende kloof in te rijden. Het is nergens extreem steil, maar evengoed is het overal flink doorpoten. Na de eerste bochten boven Bormio blijf je vrij lang op een balkon rijden. Als het nog kan geniet van het uitzicht, want het is indrukwekkend en mooi. Enkele smalle en natte tunnels verdienen het om op te letten (reflecterende kleding en een klein lampje zijn niet onverstandig).

Naast een indrukwekkende rivier die eerder een waterval genoemd mag worden gaat de steile weg over in haarspeldbochten, voor vele makkelijker fietsen, van bocht naar bocht. Het zijn er minder dan aan de andere zijde van de Stelvio, maar het genieten (of pijnlijden) is er niet minder om. Na deze haarspeldbochten gaat de weg even steil recht omhoog om daarna even terug te vallen. Heerlijk om de benen weer even los te draaien voor de 'Grand Finale' Want de laatste kilometers zijn steil heel steil, vlak voordat je de kermis van de Stelvio in rijdt. In je eentje genieten van je overwinning op deze col zit er niet bij.

De Mortirolo ook bekend onder de naam 'Passo della Foppa' is beroemd en berucht. De klim is beroemd dankzij de 'Giro'. Iedere wielerfan weet dat deze ronde niet terugschrikt voor de allersteilste beklimmingen. En de 'Foppa' is er zo eentje. Klimmers pur-sang 'genieten' op deze berg maar de sprinters walgen van deze klim. Niemand minder dan Lance Armstrong zei tijdens deze klim dat hij liever een mountainbike had dan een racefiets. Hij noemde het de zwaarste klim die hij ooit gedaan heeft. Iedereen die een matige dag heeft zal op de klim vanuit Mazzo een hele zware dag hebben. De Mortirolo is niet te onderschatten. Het is een fantastisch mooie maar extreem zware klim. Een klim die elke fietser eens gedaan moet hebben. Want na de Mortiroilo lijkt alles vlak!

Van Mazzo di Valtellina op zo'n 500 meter boven zeeniveau slingert de weg van de Mortirolo naar 1852 meter in een ruime 12 kilometer, Dat dus maar liefst 1300 hoogtemeters. Deze droge cijfers geven aan dat het hard klimmen gaat worden. Met een zeer hoog gemiddeld stijgingspercentage. Het zwaarste deel in de klim begint op kilometer drie en loopt zo'n vijf kilometer door. Hier vind je korte stukken die tegen de twintig procent aan hikken, met gemiddeldes per kilometer van meer dan 15 procent. Geen tijd om te rusten hier! Wie uit zijn pedaaltjes klikt zal moeite hebben weer op de fiets te komen. In vergelijking met deze middelste kilometers lijkt het begin en het einde vlak, maar eigenlijk is niets minder waar. 

Wie inderdaad denkt dat de eerste meters van deze klim meevallen zal zich in het dorpje Mazzo wel twee keer achter zijn oor krabben, een steile muur in het dorp brengt je meteen in de klim.  Vanaf hier kronkelt de weg heel snel omhoog. Een bergverzet, een echt bergverzet, is hier een must anders is de kans op omvallen reëel aanwezig. Als je denkt dat een 'triple' wel nuttig kan zijn bedenk dan dat Pantani ooit (in de hoogtijdagen van het EPO gebruik) deze col opknalde met een verzet van 39x22. 

De naam van Pantani is dan ook met deze klim verbonden. Wie na 8 kilometer klimmen nog oog heeft voor de omgeving zal op de muur boven de weg een mooi maar enigszins luguber koperen beeld van Pantani zien hangen. Vanaf hier zakt de steilte ietsjes in, om steeds minder steil te worden richting de top. Het pijnlijden zal bijna ophouden.

De Gavia moet concurreren met de Stelvio die hemelsbreed op een steenworp afstand ligt. Qua bekendheid delft deze col duidelijk het onderspit, maar de Gavia moet je zeker ook gedaan hebben als je in de buurt zit. De klim is mooi, je begint tussen mooie groene alpenweides en dennenbossen om in het echte hooggebergte te eindigen met fantastisch uitzicht op vele hoge toppen om je heen. En het grootste voordeel ten opzichte van de Stelvio, het is hier relatief rustig. 

De Gavia is beroemd en berucht. De Gavia heeft deze beruchte status zeker gekregen dankzij de Giro D'Italie, want bijna elke keer als deze col erin zat vochten de wielrenners zich een weg omhoog tussen meters hoge muren van sneeuw. Maar ook midden in de zomer zal je hier op de col vaak nog sneeuw zien liggen. Dat samen met het gegeven dat de weg af en toe meer op een mountainbikepad lijkt maakt deze klim berucht. Een avontuur is het zeker.

De klim van de Gavia is niet te missen en goed aangegeven. De echte klim start in Ponte di LEgno


Copyright © velotoer.be 2024